The interplay of loneliness and depressive symptoms across adolescence: exploring the role of personality traits.
Auteurs
Vanhalst, J.; Klimstra, A.T.; Luyckx, K.; Scholte, R.H.J.; Enges, R.C.M.E. & Goossens, L. (2012).

Abstract
Tijdens de overgang naar de volwassenheid dienen adolescenten verschillende ontwikkelingstaken te doorlopen, zoals het aangaan van stabiele peerrelaties en het opbouwen van een coherent identiteitsgevoel. De meeste adolescenten slagen hierin zonder al te veel problemen, maar voor een aantal onder hen verloopt deze overgang minder vlot. De periode van de midden tot late adolescentie wordt dan ook beschouwd als een kritieke ontwikkelingsperiode voor het bestuderen van kwetsbaarheid voor depressie en eenzaamheid. Verschillende studies tonen reeds een sterk verband aan tussen beide internaliserende problematieken. De prospectieve samenhang tussen eenzaamheid en depressieve symptomen, daarentegen, werd nauwelijks onderzocht. Ook het onderzoek naar de rol van persoonlijkheidstrekken in deze samenhang is beperkt. De huidige studie wil deze leemtes in de literatuur opvullen door het temporele verband tussen eenzaamheid en depressieve symptomen te onderzoeken aan de hand van een vijf jaar durende longitudinale studie van de midden tot late adolescentie. Daarnaast wordt de sterkte van het verband tussen eenzaamheid en depressieve symptomen nagegaan door de rol van de Big Five persoonlijkheidstrekken (m.n. extraversie, gewetensvolheid, aangenaamheid, neuroticisme en openheid) te onderzoeken als verklarende en modererende factoren. Tot de onderzoeksgroep behoren 428 Nederlandse jongeren (gemiddelde leeftijd op T1=15.22 jaar, 47% vrouwen). Tussen 2002 en 2006 werden bij deze onderzoeksgroep zelfrapportagevragenlijsten over eenzaamheid, depressieve symptomen en persoonlijkheidstrekken afgenomen. De richting van het verband tussen eenzaamheid en depressieve symptomen werd onderzocht aan de hand van de pad-analyse methodiek. Uit de resultaten blijkt dat eenzaamheid en depressieve symptomen belangrijke en met elkaar verbonden problematieken zijn in de adolescentie. De uitgevoerde analyses tonen daarenboven aan dat eenzaamheid en depressieve symptomen elkaar wederzijds beïnvloeden van de midden tot de late adolescentie. Het verband lijkt net iets sterker te zijn in de richting van eenzaamheid naar depressieve symptomen. Ten tweede blijkt deze vicieuze cirkel tussen eenzaamheid en depressieve symptomen robuust te zijn, aangezien deze niet wegverklaard kan worden door de Big Five persoonlijkheidstrekken. Tot slot toont het onderzoek aan dat neuroticisme de enige persoonlijkheidstrek is die als een moderator fungeert, in die zin dat het bidirectionele verband tussen eenzaamheid en depressieve symptomen enkel voorkwam bij relatief neurotische adolescenten. Deze bevinding veronderstelt enige kwetsbaarheid voor de ontwikkeling van internaliserende problemen bij adolescenten met hoge scores op de trek neuroticisme.
Referentie
Vanhalst, J.; Klimstra, A.T.; Luyckx, K.; Scholte, R.H.J.; Enges, R.C.M.E. & Goossens, L. (2012). The interplay of loneliness and depressive symptoms across adolescence: exploring the role of personality traits. Youth Adolescence, 41, 776-787
Taal
Engels
Publicatievorm
Tijdschriftartikel
Trefwoorden
Gedrags- en emotionele problemen, psychische aandoeningen, welbevinden