Schoolloopbaanverloop in het kunstsecundair onderwijs: Een analyse van de in- en uitstroom van leerlingen.

Auteurs

Lombaerts, K. (2000/2001).  

 PDF-versie

Abstract

Onze huidige onderwijsstructuur is in sterke mate de erfgenaam van de geschiedenis van ons secundair onderwijs. Beleidsverantwoordelijken gaan uit van de wenselijkheid van een relatief open start in de eerste graad. Precies omdat zo’n systeem, waarin de klassieke hiërarchie dominant blijft, zijn vanzelfsprekendheden verloren heeft, zijn er grote groepen leerlingen die eerst ‘te hoog mikken’ en nadien ‘afzakken’. Maar al te vaak worden leerlingen aangemoedigd algemeen secundair onderwijs (ASO) te kiezen, om nadien over te schakelen naar technisch (TSO) en/of beroepssecundair onderwijs (BSO). Naast deze onderwijsvormen kan een leerling in de tweede en derde graad van het reguliere secundair onderwijs tevens kiezen voor kunstsecundair onderwijs (KSO). Waar het KSO zich precies bevindt binnen de impliciete hiërarchie van ons secundair onderwijs, is onduidelijk. In vergelijking met het ASO, BSO en het TSO, kent het KSO een relatief kleine leerlingenpopulatie. Haar leerlingenaandeel bedraagt slechts 2% van het totale aantal in de tweede en de derde graad. Als gevolg hiervan wordt het KSO vaak uit het oog verloren bij onderzoek omtrent het secundair onderwijs, en is het niet eenduidig welke plaats het KSO inneemt, noch welke functie het vervult in het Vlaamse onderwijsveld. Deze bijdrage beoogt daar verandering in te brengen door een verkenning inzake schoolloopbaanverloop van KSOleerlingen aan te bieden.

Onderzoeksfiche

Referentie

Lombaerts, K. (2000/2001). Schoolloopbaanverloop in het kunstsecundair onderwijs: Een analyse van de in- en uitstroom van leerlingen. Persoon en Gemeenschap, 53, (2), 117-133.

Taal

Nederlands

 

Publicatievorm

Tijdschriftartikel

Trefwoorden

Arbeidsmarkttransitie, schoolloopbanen, varia