Family technoference: Exploring parent mobile device distraction from children’s perspectives.
Auteurs
Meeus, A., Coenen, L., Eggermont, S., & Beullens, K. (2021).

Abstract
Het doel van dit onderzoek is om te begrijpen hoe de perceptie van preadolescenten van de mate waarin hun ouders afgeleid zijn door hun mobiele apparaten (‘technoference’) verband houdt met hun algemene beoordeling van de tevredenheid van het gezin. Voortbouwend op bestaand onderzoek wordt een model opgesteld dat deze associatie onderzoekt via drie mediërende factoren: ouderkindconflict; gezelschap; en ervaren emotionele steun. Gegevens uit een cross-sectioneel onderzoek (n = 742, 9-13 jaar, 50,9% meisjes, gemiddelde leeftijd = 10,85, standaarddeviatie = 0,73) ondersteunden de meeste associaties die in ons model zijn gespecificeerd. Ten eerste laten onze bevindingen zien dat preadolescenten die hogere hoeveelheden oudertechnoference waarnamen, ook significant hoger scoorden op conflicten in de relatie met hun ouders, en lager in termen van ervaren kameraadschap. Bovendien was de mate waarin de moeder afgeleid was door haar mobiele apparaat significant geassocieerd met minder emotionele steun. Op één na bleken alle indirecte associaties statistisch significant te zijn, waardoor een aantal pistes aan het licht kwamen waardoor technoference verband houdt met de beoordelingen van de gezinsvoldoening door preadolescenten.
The goal of the present study is to understand how preadolescents’ perceptions of their parents’ mobile device distraction (“technoference”) are related to their global assessment of family satisfaction. Building on existing research, a model is established that investigates this association through three mediators: parent–child conflict; companionship; and perceived emotional support. Data from a cross-sectional survey (n = 742, 9–13 years, 50.9% girls, mean age =10.85, standard deviation = 0.73) supported most of the associations specified in our model. First, our findings demonstrate that preadolescents who perceived higher amounts of parent technoference also rated the relationship with their parents significantly higher in conflict, and lower in terms of perceived companionship. Moreover, maternal mobile device distraction was significantly associated with less emotional support. All but one of the indirect associations were found to be statistically significant, thus revealing a number of pathways through which technoference is related to preadolescents’ assessments of family satisfaction
Referentie
Meeus, A., Coenen, L., Eggermont, S., & Beullens, K. (2021). Family technoference: Exploring parent mobile device distraction from children’s perspectives. Mobile Media & Communication, https://doi.org/10.1177/2050157921991602
Taal
Engels
Publicatievorm
Tijdschriftartikel
ISBN – DOI
10.1177/2050157921991602
Trefwoord(en)
Technoference, parent–child interaction, family relationships, mobile device use, preadolescents