Attachment and Effortful Control: Relationships With Maladjustment in Early Adolescence.

Abstract

Gebaseerd op vorig onderzoek kan verondersteld worden dat hechtingsrelaties een context bieden in welke kinderen zowel ‘effortful control’ (EC) capaciteit als een repertoire aan reacties of regulatiestress ontwikkelen. Beiden zijn belangrijk in het begrijpen van kinderen hun (slechte) aanpassingsvermogen1 (d.i. problemen in het algemeen functioneren). Terwijl de laatste assumptie door verschillende studies wordt ondersteund, is minder geweten over de link tussen gehechtheid en EC. Er werden vragenlijsten afgenomen af die angstige en ontwijkende gehechtheid en vertrouwen in moederlijke steun meten in twee steekproeven van jonge adolescenten. EC werd gerapporteerd door het kind in steekproef 1 (n = 244) en door de moeder in steekproef 2 (n = 177). In beide steekproeven rapporteerde de moeders over de onaangepastheid van hun kinderen. In lijn met de verwachtingen was onzekere hechting gerelateerd aan een verlaagde EC. Daarenboven verbond EC indirect onzekere gehechtheid aan onaangepastheid. Deze studie biedt evidentie dat het bestuderen van EC belangrijk is in het verstaan van zelfregulatie mechanismen die de link tussen gehechtheid en (slechte) aanpassing in vroege adolescentie verklaren.