Aan’t werk… of niet?

Abstract

In dit hoofdstuk werd de werksituatie van 18- tot 25-jarige Vlaamse jongeren die de schoolbanken al hebben verlaten, bekeken. Daartoe maakt men gebruik van een subset van de JOP-monitor 1 (N=2503), namelijk 995 niet-studerende jongeren (39.7%). De resultaten tonen aan dat van de jongeren die niet meer studeren, bijna vier vijfde aan het werk is. Daarbij werken de meesten in loondienst. Laaggeschoolden, jongeren van wie de ouders werkloos zijn en vrouwen zijn vaker werkloos. Verder illustreren de resultaten dat de jongeren die een baan hebben, voor de overgrote meerderheid voltijds blijken te werken. Vrouwen en lager geschoolden werken vaker deeltijds dan mannen en hoger geschoolden. De meerderheid van de jongeren heeft bovendien een contract van onbepaalde duur. Mannen, jongeren die een diploma hoger secundair onderwijs op zak hebben en jongeren die geen lange periode van werkloosheid hebben gekend, hebben vaker een contract van onbepaalde duur. Tot slot ging de studie in op de tevredenheid van jongeren met hun werk. Daarbij werd vastgesteld dat vrouwen, hooggeschoolden, werkenden en jongeren met een vast contract hoger scoren op tevredenheid. Suggesties voor verder onderzoek werden gedaan.