Acting up or opting out? Truancy in Irish secondary schools.

Auteurs

Darmody, M., Smyth, E., & McCoy, S. (2008). 

 PDF-versie

Abstract

WAT

In dit artikel wordt het verband tussen spijbelen en de sociale achtergrond onderzocht. Sociale achtergrond wordt geconceptualiseerd vanuit het perspectief van individuele en institutionele habitus en vanuit de ‘resistance’ theorie. Op die manier trachten de auteurs de problematiek van spijbelen te plaatsen binnen reproductieprocessen van sociale ongelijkheid. Concreet operationaliseren de auteurs sociale achtergrond op basis van twee kenmerken: (1) de individuele sociale achtergrond van de leerling, (2) de sociale samenstelling van de school op basis van achterstellingsindicatoren. Om het problematische karakter van spijbelen te onderzoeken, gaan de auteurs in een tweede fase het verband na tussen spijbelen en eventuele negatieve gevolgen voor de schoolloopbaan.

Methode

De auteurs maken gebruik van een logistische analyse om het verband tussen spijbelen en de sociale achtergrond te onderzoeken. Daarbij worden zowel individuele karakteristieken als school karakteristieken aan de modellen toegevoegd. De auteurs maken gebruik van data afkomstig uit de studie School Leavers’ Survey 2004-2006. De School Leavers Survey is een representatieve bevraging op basis van surveyonderzoek van leerlingen tussen 12 jaar en 18 jaar die gedurende het afgelopen schooljaar ongekwalificeerd uitstroomden.

Resultaten

• Concreet worden in deze paper vier hypothesen getoetst:

o Jongens hebben een grotere kans te spijbelen. De auteurs verwijzen daarbij naar de lagere ambitie van jongens om verder te studeren en naar de meer negatieve leerling-leerkracht relaties.

o Jongeren uit de arbeidersklasse hebben een grotere kans te spijbelen tegenover jongeren uit de middenklasse. De identificatie tot een bepaalde klasse wordt gemeten aan de hand van de beroepsstatus van de ouders.

o Ongeacht de individuele sociale achtergrond hebben jongeren die les volgen in scholen met een hoge concentratie aan jongeren met een zwakke sociale achtergrond een grotere kans te spijbelen. De auteurs verwijzen daarbij naar een ‘mismatch’ tussen de thuiscultuur en de schoolcultuur en naar lagere verwachtingen van de leerkrachten naar jongeren uit de arbeidersklasse.

o Jongeren met een lager schoolwelbevinden hebben een grotere kans te spijbelen. Deze jongeren hebben bovendien een grotere kans dat hun spijbelen leidt naar een ongekwalificeerde schooluitval, slechte schoolresultaten en moeilijkheden met het vinden van een job.

• De auteurs vinden steun voor elk van de vier geformuleerde hypothesen

o Jongens hebben een grotere kans te spijbelen.

o De kans om te spijbelen varieert naargelang de sociale achtergrond. Vooral jongeren uit de arbeidersklasse, waarvan beide ouders laagopgeleid zijn en/of werkloos, hebben een grotere kans te spijbelen. De auteurs interpreteren dit verband als een uiting van ‘resistance’ tegen de schoolcultuur, voortvloeiende uit de ‘mismatch’ tussen de thuiscultuur en de schoolcultuur.

o Jongeren uit scholen met veel leerlingen met een zwakke sociale achtergrond hebben een grotere kans te spijbelen, ongeacht hun individuele kenmerken. De auteurs duiden dit verband vanuit de institutionele habitus. Scholen maken zich in hun organisatie een cultuur eigen waarin bepaalde verwachtingen en gedragingen vooropgesteld worden om succesvol te zijn. Scholen met veel leerlingen met een zwakke sociale achtergrond hebben een zeer laag verwachtingspatroon waardoor leerlingen de schoolcultuur als contraproductief ervaren.

o De resultaten tonen een verband tussen spijbelen en negatieve uitkomsten op de langere termijn. Zo houdt spijbelen verband met slechte schoolresultaten, verder studeren en het vinden van een job één jaar na het afstuderen. De auteurs benadrukken dat ze op basis van hun resultaten zich niet kunnen uitspreken over de causaliteit van de verbanden.

• De conclusie van deze paper luidt dat spijbelen in eerste instantie geïnterpreteerd kan worden als een uiting van ‘resistance’ tegen de schoolcultuur. Daarnaast leidt spijbelgedrag tot de reproductie van sociale ongelijkheid aangezien het geassocieerd kan worden met negatieve onderwijsuitkomsten en een problematische intrede op de arbeidsmarkt.

Darmody, M., Smyth, E., & McCoy, S. (2008). Acting up or opting out? Truancy in Irish secondary schools. Educational Review, 60(4), 359–373.

Taal

Engels

 

Publicatievorm

Artikel in tijdschrift

Trefwoorden

Probleemgedrag, Kansenongelijkheid