Adolescents’ Susceptibility to Peer Pressure : Relations to Parent-Adolescent Relationship and Adolescents’ Emotional Autonomy from parents.

Abstract

Onderzoek naar de factoren die de gevoeligheid ten aanzien van peer pressure zijn niet veelvoorkomend, hoewel eerder studies een verband hebben aangetoond tussen deze gevoeligheid en jeugdproblemen zoals middelengebruik en riskant seksueel gedrag. In deze studie wordt onderzocht hoe de gevoeligheid voor peer pressure bij adolescenten samenhangt met de relatie met moeder en emotionele autonomie ten aanzien van ouders. Hiervoor werden data verzameld bij 550 leerlingen in het secundair onderwijs in Hong Kong via schriftelijke vragenlijsten; de gemiddelde leeftijd van de respondenten van 14.86 jaar, 49.5% van hen was mannelijk. Via structurele equatiemodellen toont deze studie aan dat de mate waarin moeders gedragsmatige en psychologische controle uitoefenen op hun kinderen, de gevoeligheid ten aanzien van peer pressure in respectievelijk positieve en negatieve wijze beïnvloedt. Een gedragsmatige controle gaat samen met een lagere gevoeligheid ten aanzien van peer pressure, terwijl een sterkere psychologische controle een hogere gevoeligheid voorspelt. Dit suggereert dat een sterkere psychologische controle jongeren ertoe brengt zich sterker naar de leeftijdsgenoten te keren. Daarnaast werd ook een mediërend verband vastgesteld waarbij moederlijke warmte een negatieve voorspeller bleek van de gevoeligheid ten aanzien van peer pressure op vlak van peer activiteiten, familiale activiteiten, schoolse activiteiten en probleemgedrag; dit effect werd gemedieerd door de mate van emotionele autonomie van de adolescent ten aanzien van de eigen ouders.