Characteristics and profile of boys and girls with emotional and behavioural disorders in Flanders mental health institutes: a quantitative study.
Auteurs
D’Oosterlinck, F., Broekaert, E., De Wilde, J., Bockaert, L.F. & Goethals, I. (2006).

Abstract
Nederlands
Achtergrond: Dit artikel onderzoekt genderverschillen en schetst een bijhorend genderprofiel voor kinderen en jongeren met gedrags- en emotionele stoornissen, geplaatst in Vlaamse residentiële zorginstellingen.
Methoden: De gebruikte data werden verzameld bij alle kinderen en jongeren in 6 Oost-Vlaamse residentiële en semiresidentiële zorginstellingen voor kinderen en jongeren met gedrags- en emotionele stoornissen. Voor dit onderzoek wordt gebruik gemaakt van de geregistreerde bestandsgegevens m.b.t. geslacht, leeftijd, retentie, huidige behandeling, type doorverwijzing, opleiding, intelligentie, DSM-IV diagnose, en medicatiegebruik. Daarnaast werd elk kind bevraagd met behulp van de Child Behavior Checklist (CBCL). Op basis van de CBCL werden drie gedragsprofielen ontwikkeld door middel van correlatie tabellen en kruistabellen. Tot slot werden het profiel vergeleken met de bestandsgegevens van jongens en meisjes.
Resultaten: Significante geslachtsverschillen werden gevonden voor type verwijzing, intelligentie en diagnose. Op basis van de variabelen externaliserende en sociale problemen werd een zelfde profiel ontwikkeld voor jongens en voor meisjes. De bestandsgegevens die significant verbonden zijn met de opgemaakte profielen verschillen significant voor jongens en meisjes.
Besluit: De resultaten van dit onderzoek illustreren de complexiteit en de diversiteit in de behoeften van jongens en meisjes met gedragsstoornissen in Vlaamse residentiële zorginstellingen. De Vlaamse overheid moet zich bewust zijn van het feit dat het huidige doorverwijssysteem kinderen selecteert met uitgesproken externaliserend en problematisch gedrag. Die kinderen worden verbannen omdat het reguliere circuit niet voldoende uitgerust is om met hun gedrag om te gaan. Zelfs wanneer overheden inclusief onderwijs promoten, wordt in de praktijk een restgroep gecreëerd, in dewelke meisjes en jongens met negatief, externaliserend gedrag en sociale problemen belanden. In dit licht is het aangewezen dat scholen en (semi-)residentiële instellingen een specifieke en aangepaste methode toepassen.
Engels
Background: In this article, we search for gender differences and outline a detailed gender profile for children and youngsters with emotional and behavioural disorders who are placed in Flemish residential care institutes.
Methods: Data were collected of all placements (517 children) in six residential and semi-residential mental health care centres for children and youngsters with emotional and behavioural disorders in East Flanders, Belgium. File data (gender, age, retention, current treatment, type of referral, education, intelligence, Diagnostic and Statistical Manual IV-diagnoses and medication use) were gathered. The Child Behaviour Check List (CBCL) was implemented and completed for each child. On the basis of the CBCL, a behaviour profile was developed by means of correlation tables (Pearson correlation coefficient) and cross tabulations. Finally, the profile was compared with the file data of the boys and the girls.
Results: Significant gender differences were found for type of referral, intelligence and diagnoses. The same profile was developed for both genders separately, based on variables Externalizing and Social Problems. The file data associated with the profile groups differ for boys and girls.
Conclusions: The results of our study show the complexity and diversity of the needs of boys and girls with disruptive behaviour in Flemish residential care institutes. Flemish government has to be aware of the fact that the current referral system selects the children with outspoken externalizing and problematic behaviour towards special health care and special schools. They are relegated because the mainstream system is not equipped well enough to cope with their disruptive, aggressive behaviour. Even if governments are in favour of inclusive education, it seems that in practice a rest group is created, in which girls are selected through the same mechanisms as boys, in this case for the same reasons of negative externalizing behaviour and social problems. For this it seems appropriate that school and (semi)-residential institutes apply a specific and adapted methodology.
Referentie
D’Oosterlinck, F., Broekaert, E., De Wilde, J., Bockaert, L.F. & Goethals, I. (2006). Characteristics and profile of boys and girls with emotional and behavioural disorders in Flanders mental health institutes: a quantitative study. Child: Care, Health & Development, 32, 2, 213-224.
Taal
Engels
Publicatievorm
Tijdschriftartikel
Trefwoorden
Gender, gedrags- en emotionele stoornissen, hulpverlening,