Geboortecohorten in het buitengewoon lager onderwijs. Evolutie van 1989–1990 tot 2006–2007.

Auteurs

Van Landeghem, G., & Van Damme, J. (2009). 

 PDF-versie

Abstract

Dit rapport toont in detail in welke mate Vlaamse leeftijdsgenoten gebruik maken van buitengewoon lager onderwijs naarmate ze opgroeien. Het buitengewoon lager onderwijs staat centraal omdat het ‘buitengewone’ parallelspoor daar het breedst is en de aantallen daar het sterkst zijn toegenomen in de voorbije jaren. Het feit dat jongens opvallend meer gebruik (moeten) maken van buitengewoon onderwijs dan meisjes loopt als een rode draad doorheen het rapport. In een Europese context heeft Vlaanderen veel leerlingen in buitengewoon onderwijs en komt het Vlaams onderwijs naar voor als het prototype van een tweesporensysteem met een sterk verankerde keuze voor segregatie van kinderen met ‘special needs’. Deze vaststellingen roepen vragen op over de toekomstmogelijkheden van leerlingen die buitengewoon onderwijs volgen en over de invloed van de groei van het buitengewoon onderwijs op de werking van het gewoon onderwijs.

Onderzoeksfiche

Referentie

Van Landeghem, G., & Van Damme, J. (2009). Geboortecohorten in het buitengewoon lager onderwijs. Evolutie van 1989–1990 tot 2006–2007. Leuven: Steunpunt SSL, rapport nr. OD1/2008.15.

Taal

Nederlands

 

Publicatievorm

eindrapport

Trefwoorden

Buitengewoon onderwijs; gender; zorg, begeleiding en ondersteuning