Het Actueel fuifklimaat in Vlaanderen. Onderzoek naar de betekenis van fuiven voor jongeren en de knelpunten die ze ervaren als fuifbezoeker en –organisator.

Abstract

Het thema ‘fuiven’ kreeg heel wat aandacht in het tweede Vlaamse Jeugdbeleidsplan (2006- 2009) en ook de provincies zetten stevig in op het thema. Ook uit de laatste jeugdbeleidsplannen blijkt dat vele gemeentebesturen fuiven hoog op de agenda plaatsen. Toch signaleren organisatoren, jeugdorganisaties en beleidsactoren nog heel wat problemen. Om beter te kunnen inschatten wat er goed en minder goed gaat, wil Fuifpunt het fuifklimaat opnieuw in kaart brengen (dit gebeurde reeds in 2000-2002 door Huybregts en Vettenburg). Via online enquêtes werden 1506 mensen bevraagd: 949 jongeren tussen 14 en 30 jaar over hun fuifgedrag en -beleving, 441 fuiforganisatoren en 116 beleidsactoren. Daarnaast vonden ook nog drie focusgesprekken plaats: twee met organisatoren en een met beleidsactoren. In totaal spraken we met 11 organisatoren: een mix van vrijwilligers bij jeugdbewegingen en jeugdhuizen, een stafmedewerker bij een koepelorganisatie uit het, een jeugdraadvoorzitter en een beroepskracht van een jeugdcentrum. De focusgroep met beleidsactoren had 8: allemaal jeugdconsulenten of andere medewerkers, verbonden aan de gemeentelijke of stedelijke jeugddienst. Elke Vlaamse provincie was vertegenwoordigd. De deelnemers waren afkomstig uit (enkele grote), maar ook kleinere gemeentes in Vlaanderen. De belangrijkste resultaten zijn: De grootste groep jongeren, ongeveer vijf op de tien, fuift twee tot vijf keer per maand. De bevraagde jongeren gaan vaker naar een fuif dan die van tien jaar geleden. De discotheek is vandaag veel minder geliefd dan tien jaar geleden. Fuiven, optredens, concerten en festivals en op café gaan zijn daarentegen nog in populariteit gestegen. Maar liefst 94.6% van de jongeren gaat ook fuiven buiten de gemeente. Ruim de helft van de jongeren (56.1%) gaat verder dan de buurgemeenten om te fuiven en jongeren blijven vandaag langer op een fuif dan tien jaar geleden.