Het voorkomen van signalen van suïcidaliteit bij 15-jarige Antwerpse jongeren.

Abstract

Er is weinig onderzoek naar sociale ongelijkheden in de voedingsgewoonten van adolescenten, met name wat betreft de migratiestatus. Het doel van deze studie was om sociaaleconomische verschillen in voedingsgewoonten van schooljongeren met verschillende migratieachtergronden te bestuderen. In de cross-sectionele HBSC-studie (Health Behavior in School-Aged Children) uit 2014 werd de voedselconsumptie gemeten met behulp van een zelfgestuurde korte voedselfrequentievragenlijst. In totaal werden 19.172 schoolgaande adolescenten vab 10-19 jaar meegenomen in analyses. De HBSC wordt afgenomen in zowel Wallonië, Vlaanderen als Brussel. Multilevel multipele binaire en multinomiale logistische regressies werden uitgevoerd, gestratificeerd naar migratiestatus (autochtonen, immigranten van de tweede en eerste generatie). Over het algemeen consumeerden immigranten vaker zowel gezond als ongezond voedsel. 32,4% van de eerste generatie immigranten, 26,5% van de immigranten van de tweede generatie, en 16,7% van de inwoners aten twee of meer dagen per week vis. Vergeleken met mensen met een hoge ‘familierelatieschaal’ (FAS), hadden adolescenten met een lage FAS een verhoogde kans op consumptie van chips en friet per dag. Immigranten op scholen in Vlaanderen waren minder geneigd dan die in Brussel om suikergezoete dranken 2- te consumeren. De trends die hier worden waargenomen, passen in een proces van acculturatie. Kleinere sociaaleconomische verschillen in de eetgewoonten van immigranten vergeleken met autochtonen suggereren dat dergelijke gewoonten primair worden bepaald door de culturele gewoontes. Voedingsinterventies zouden dus culturele componenten moeten omvatten.

Little information concerning social disparities in adolescent dietary habits is currently available, especially regarding migration status. The aim of the present study was to estimate socioeconomic disparities in dietary habits of school adolescents from different migration backgrounds. In the 2014 cross-sectional “Health Behavior in School-Aged Children” survey in Belgium, food consumption was estimated using a self-administrated short food frequency questionnaire. In total, 19,172 school adolescents aged 10–19 years were included in analyses. Multilevel multiple binary and multinomial logistic regressions were performed, stratified by migration status (natives, 2nd- and 1st-generation immigrants). Overall, immigrants more frequently consumed both healthy and unhealthy foods. Indeed, 32.4% of 1st-generation immigrants, 26.5% of 2nd-generation immigrants, and 16.7% of natives consumed fish ≥two days a week. Compared to those having a high family affluence scale (FAS), adolescents with a low FAS were more likely to consume chips and fries ≥once a day (vs. <once a day: Natives aRRR = 1.39 (95%CI: 1.12–1.73); NS in immigrants). Immigrants at schools in Flanders were less likely than those in Brussels to consume sugar-sweetened beverages 2–6 days a week (vs. ≤once a week: Natives aRRR = 1.86 (95%CI: 1.32–2.62); 2nd-generation immigrants aRRR = 1.52 (1.11–2.09); NS in 1st-generation immigrants). The migration gradient observed here underlines a process of acculturation. Narrower socioeconomic disparities in immigrant dietary habits compared with natives suggest that such habits are primarily defined by culture of origin. Nutrition interventions should thus include cultural components of dietary habits.