Identifying Best Practices in Civic Education: Lessons from the Student Voices Program.

Abstract

WAT
Deze paper onderzoekt de effectiviteit van een burgerschapsvormend interventie programma het“Student Voices Program”. Een voorgaande evaluatie toonde aan dat het onderwijzen van het programma gedurende één semester effectiever is in het verhogen van politieke interesse, maatschappelijke kennis, media gebruik en politieke doeltreffendheid dan de normale lessen over burgerschap. De huidige studie gaat na of er nog bijkomende effecten zijn van het onderwijzen van het programma gedurende 2 semesters in plaats van 1.

METHODE
Er namen 22 scholen uit Philadelphia deel aan de evaluatie van het Student Voices Programma. Er werd een opdeling gemaakt tussen experimentele en controle groepen in een quasi experimenteel design (studenten werden niet random toegewezen, dit gebeurde door zelf-selectie of door de leerkracht). In totaal werden in 2002 ongeveer 1314 (922 experimenteel groep; 392 controle goep) studenten in de analyses meegenomen uit de herfst groep en in 2003 werden 865 (603 experimentele groep; 262 controle groep) studenten uit de lente groep geanalyseerd. De 731 studenten (515 experimentele groep; 216 controle groep) die deelnamen aan de 2 semesters werden ook geanalyseerd. De controle klassen kregen de standaard burgerschapsvorming lessen. De experimentele klassen kregen het Student Voice programma over burgerschapsvorming (zie voorgaande een samenvatting (Pasek, J., Feldman, L., Romer, D., & Jamieson, K. H. 2008). In het Student Voice programma worden interactieve discussies gehouden in de klas en interactieve media gebruikt om positieve meningen en atittudes ten aanzien van politieke participatie te bewerkstelligen. Studenten leren hoe ze bijvoorbeeld het nieuws kunnen gebruiken om informatie te krijgen over politieke problemen die relevant zijn voor hun eigen leven en gemeenschappen. Ze geven ook aan hoe ze kunnen communiceren met wetgevers. Er worden klasbezoeken georganiseerd door beleidsmakers, politiekers, kandidaten, journalisten zodat studenten tot interactie kunnen overgaan en hun zorgen en vragen kunnen uitten. Er werd een Student Voices site opgericht waar studenten konden deelnemen aan polls en discussie fora, politieke kandidaten konden mailen en het verzamelde nieuws omtrent lokale politiek konden bekijken. De studenten kregen 1 of 2 semesters 10 lessen van het programma, zo kon ook een onderscheid gemaakt worden of studenten die meer dan 1 semester les kregen meer politieke interesse en doeltreffendheid vertoonden.

Er werden drie uitkomsten gemeten. De mate waarin studenten politiek volgen en erover discussiëren (5 items), hun persoonlijk gevoel van politieke doeltreffendheid (4 items) en hun kennis van politieke gebeurtenissen en kwesties die gedurende de semesters actueel waren (6 items). Daarnaast werd ook nagegaan in welke mate studenten deelnamen aan specifieke activiteiten van het programma (interactie met politiekers; politieke discussie en gebruik van internet voor informatie vergaring; gebruik van internet om met politiekers en andere studenten te communiceren).

Er waren geen significante verschillen tussen de controle en experimentele groep qua geslacht, opleiding van de moeder etc. Er waren wel significante verschillen qua etnische achtergrond. Er waren bijvoorbeeld 8 zwarte studenten meer in de controle groep dan in de experimentele groep.

Er werd gebruikt gemaakt van multivariate regressie analyse om verschillen na te gaan tussen de groepen. Zowel het volledige jaar als de semesters apart werden geanalyseerd. Aan de hand van de MVA’s werd nagegaan of er significante verschillen waren tussen de experimentele en controle groep onder controle van pretest scores, demografische factoren en school karakteristieken.

RESULTATEN
• Zowel de controle als experimentele groepen toonden een verhoogde score op de gemeten uitkomsten na de herfst en lente sessies.
• Uit de multivariate analyses blijken de studenten uit de experimentele groep zowel in de herfst als de lente sessies significant hoger te scoren dan de studenten uit de controle groep op politieke kennis, neiging om politiek nieuws op te volgen en discussies te hebben over politiek. Het effect op politieke doeltreffendheid was alleen significant voor de studenten uit de herfst groep. Daar bleken eveneens de studenten uit de experimentele groep significant hoger te scoren dan de studenten uit de controle groep.
• Uit de analyses overheen het hele jaar bleken de studenten die het programma 2 semesters volgden significant hoger te scoren op de drie uitkomsten dan de controle studenten. Dit effect bleef gelden onder controle van pretest uitkomsten, post herfst interventie uitkomsten, demografische factoren en school karakteristieken. Dit geeft aan dat de studenten die 2 semesters deelnamen aan het programma nog steeds een significante meerwaarde ondervonden ook al werden de leerwinsten uit de herfst constant gehouden. Er werden ook interactie effecten met etnische afkomst nagegaan maar dit leverde geen significante resultaten. Wat aantoont dat het programma een even grote impact heeft overheen etnische groepen.
• Er werd ook nagegaan in welke mate de verschillende activiteiten (interactie met politiekers; politieke discussie en gebruik van internet voor informatie vergaring; gebruik van internet om met politiekers en andere studenten te communiceren) de effecten medieerden. In zowel de herfst als de lente groep bleek participatie aan de drie activiteiten het effect van het student voice programma weg te verklaren voor het volgen en discussiëren over politiek. Voor politieke doeltreffendheid was er geen significant effect merkbaar van één van de drie activiteiten. Tot slot bleek deelname aan deze activiteiten ook de politieke kennis positief te beïnvloeden en werd het effect van het Student Voice programma weg verklaart. Van de drie activiteiten had vooral de politieke discussie in de klas het grootste effect op interesse in politieke, politieke doeltreffendheid en politieke kennis. Deze activiteit was wel sterk gecorreleerd met het gebruik van internet voor informatie vergaring wat aangeeft dat gebruik van het internet, klas discussies over politiek kunnen ondersteunen.