In de ban van de koning? Een verkennend survey-onderzoek naar de structuur van de attitudes van Vlaamse scholieren tegenover de monarchie.
Auteurs
Maddens, B., Tommissen, J., Vanhee, D., Van Mierloo, W. & Weekers, K. (2002).

Abstract
Een onderzoek onder 602 Vlaamse laatstejaarsscholieren van zeventien en achttien jaar, toont dat er een onderscheid gemaakt kan worden tussen twee verschillende, nochtans nauw verwante, dimensies van royalisme: de emotionele gehechtheid aan de koning als persoon en aan de koninklijke familie aan de ene kant, en de politieke koningsgezindheid aan de andere kant. De respondenten zijn hoofdzakelijk onverschillig of negatief over de monarchie, voornamelijk op de emotionele dimensie. Een multivariate analyse toont dat mannelijke en niet-kerkgaande scholieren meer negatief scoren op beide dimensies. Scholieren uit migrantenfamilies scoren positiever op de emotionele dimensie. De scores op beide dimensies zijn hoger bij leerlingen die zich meer identificeren met België dan met Vlaanderen, die patriottischer zijn en een meer autoritaire houding hebben. De scores zijn lager bij scholieren met een voorkeur voor een regionalistische partij. De hypothese dat intense royalistische gevoelens samen gaan met vertrouwen in de politiek werd enkel bevestigd voor de emotionele dimensie, terwijl de politieke koningsgezindheid er helemaal los van staat.
Referentie
Maddens, B., Tommissen, J., Vanhee, D., Van Mierloo, W. & Weekers, K. (2002). In de ban van de koning? Een verkennend survey-onderzoek naar de structuur van de attitudes van Vlaamse scholieren tegenover de monarchie. Res Publica, (4), 549-573.
Taal
Nederlands
Publicatievorm
Tijdschriftartikel
ISBN
04864700
Trefwoorden
Instituties, koningsgezindheid, monarchie, royalisme