Werk in zicht: houding ten aanzien van arbeid en toekomstperspectief op de arbeidsmarkt.

Abstract

In een platformonderzoek bij een 5000-tal jongeren uit het gewoon voltijds secundair onderwijs, werd nagegaan wat hun beleving en houding is ten aanzien van een aantal levensdomeinen. In dit hoofdstuk gaan de onderzoekers na hoe het gesteld is met de ‘arbeidsmoraal’ van jongeren. De houding ten aanzien van arbeid werd op twee manieren gemeten. Ten eerste wordt nagegaan of de jongeren werken zien als een plicht. Ten tweede trachten de onderzoekers te weten te komen hoe centraal een vaste baan staat in het toekomstperspectief van jongeren. Daarnaast wordt bekeken in hoeverre jongeren bereid zijn om ‘offers’ te brengen om aan werk te geraken, of met andere woorden of ze bereid zijn hun aspiraties omtrent hun droomjob te temperen. De onderzoekers bekijken ook de intentie van de jongeren om in het geval er kinderen in hun gezin zouden zijn, te minderen in arbeidsduur. Ten slotte analyseren de onderzoekers de inschatting die jongeren maken van hun toekomstkansen op de arbeidsmarkt. Hebben jongeren een optimistisch beeld over hun kansen om na hun studies werk te vinden? Deze gegevens werden veder uitgesplitst naar achtergrondkenmerken. Op die manier worden verschillen tussen jongeren naargelang onderwijsvorm, leerjaar, beroepsklasse ouders, religie en sekse in kaart gebracht.

Onderzoeksfiche