Onderzoek met betrekking tot de relatie tussen (on)beschikbaarheid van bespeelbare ruimte, de mate van buitenspelen en de gevolgen daarvan op de fysieke, sociale, psychische en emotionele ontwikkeling van de Vlaamse kinderen en jongeren..

Abstract

In 2008 voerden het Departement Humane Kinesiologie van de K.U.Leuven en het onderzoekscentrum Kind en Samenleving vzw in opdracht van de Vlaamse overheid een grootschalig onderzoek uit naar het (buiten)speelgedrag van Vlaamse kinderen/jongeren. Het uiteindelijke onderzoeksrapport bestaat uit vier delen. Het eerste rapport (door een onderzoeker van Onderzoekscentrum Kind en Samenleving) betreft een literatuuronderzoek waardoor het belang van buitenspelen voor kinderen onderstreept wordt. In rapport 2, ook opgesteld door de onderzoekers van onderzoekscentrum Kind en Samenleving, worden de resultaten van een observatieonderzoek weergegeven. Hiertoe werd het speelgedrag van kinderen in 7 verschillende wijken gedurende de paas- en zomervakantie in 2008 geobserveerd. Rapport 3 omvat de data van een kwantificerende bevraging bij Vlaamse 6- tot 14-jarigen, uitgevoerd door de onderzoekers van de K.U.Leuven. Zowel in rapport 2 als rapport 3 wordt een vergelijking gemaakt met vroegere data (respectievelijk uit 1983 en uit 1979 en 1989). Rapport 4, tenslotte, synthetiseert de voornaamste bevindingen uit de verschillende onderzoeken. Deel 7 van deze fiche presenteert een zeer beknopte samenvatting van de voornaamste bevindingen, gebaseerd op het syntheseverslag.

Onderzoeksfiche