Physical activity levels in 10 to 11 year-olds: clustering of psycho-social correlates.
Auteurs
Cardon, G., Philippaerts, R., Lefevre, J., Matton, L., Wijndale, K., Balduck, AL., Bourdeadhuij, ID. (2005).

Abstract
Het doel van deze studie is om de verschillen in geslacht na te gaan voor het niveau van fysieke activiteit, voor sedentair gedrag en voor psychosociale factoren bij kinderen. Dit om na te gaan of psychosociale kenmerken op een betekenisvolle manier geclusterd zijn en om te onderzoeken of de graad van fysieke activiteit en sedentair gedrag differentieert tussen de verschillende clusters van psychosociale kenmerken. Het onderzoeksdesign maakt gebruik van een cross-sectionele studie gebruik makend van de ‘Flemish Physical Activity Questionnaire’, de vragenlijst werd ingevuld door de kinderen en één van de ouders. In totaal werden 1124 jongeren tussen 10 en 11 jaar oud (579 jongens en 545 meisjes) bevraagd. Uit de resultaten blijkt dat meisjes minder actief zijn dan jongens , jongens scoren beter voor sociale ondersteuning, waargenomen voordelen en zelfwaardegevoel vergeleken met meisjes. De manier waarop clusters ontstaan naar psychosociale kenmerken verschilt tussen jongens en meisjes. De jongens konden toegewezen worden aan drie clusters: een cluster met een positieve houding tov fysieke activiteit, zij worden gelabeld ‘positieven’, een cluster met een negatieve houding tov fysieke activiteit, zij worden de ‘negatieven’ gelabeld en een cluster die gekenmerkt wordt door het ervaren van veel belemmeringen, de ‘gehinderden’ genoemd. Voor beide geslachten werden de meest actieve kinderen gevonden in de cluster ‘positieven’. Voor de meisjes kon een vierde cluster teruggevonden worden, gekenmerkt door het ervaren van weinig belemmeringen en een lage sociale steun. In deze cluster zit de tweede grootste groep van actieve kinderen. De onderzoekers besluiten dat meer onderzoek nodig is om deze clusters verder te kenmerken. Om de terugloop van fysieke activiteit gedurende de overgang van kindertijd naar volwassenheid te beperken, moet meer onderzoek gedaan worden naar de cluster met de meest negatieve kenmerken (de negatieven).
Referentie
Cardon, G., Philippaerts, R., Lefevre, J., Matton, L., Wijndale, K., Balduck, AL., Bourdeadhuij, ID. (2005). Physical activity levels in 10 to 11-year-olds: clustering of psychosocial correlates. Journal of Public Health Nutrition, 2005 8(7), 896-903
Taal
Engels
Publicatievorm
Tijdschriftartikel
ISBN-ISSN
1368-9800
Trefwoorden
Sport, beweging, gender